Jesse Frederik (Follow the Money): Ik heb mezelf de journalistiek in gerotzooid.

AI-gegenereerde afbeelding
AI-gegenereerde afbeelding

Enfant terrible van de economische journalistiek Jesse Frederik (24) loopt een lokaal in op de School voor Journalistiek, gaat zitten, kijkt rond en strekt zich uit over het bureau om een hand te geven  aan een studente die ook bij Follow the Money heeft gewerkt. Hij komt de Utrechtse studenten vertellen hoe hij over onderzoeksjournalistiek denkt.

Zelf heeft hij de Havo niet afgemaakt en geen opleiding journalistiek gevolgd. Wel won hij samen met Eric Smit de Tegel 2012 in de categorie achtergrond voor een artikel over handel in aandelen van waterschappen (Derivatendrama). Hij kreeg ook veel bijval voor zijn verhaal in de Volkskrant over de missers van bekende Nederlandse economen. En de grafiek die hij maakte over het verschil tussen de feitelijk ontwikkeling van de Griekse economie en de optimistische prognoses van het IMF –  ‘grafiek des doods’ – werd met graagte gebruikt door onder andere Pauw en Witteman en Geenstijl.

Chomsky

“Ik heb mezelf de journalistiek in gerotzooid,” zegt Jesse. “Ik woonde in de kelder bij mijn moeder en ik keek naar een aflevering van Zomergasten waarin een fragment zat met Chomsky en Foucault. ‘Waar hebben die mensen het over?’ dacht ik. Ik wilde dat begrijpen.”

Hij leest Stuart Mill, Adam Smith en Keynes en stuurt een mail naar Eric Smit met een open sollicitatie naar een plek bij Follow the Money. “Wat zijn er veel verhalen te vertellen en wat wordt er weinig verteld,” schrijft hij.

Niet veel later zit hij op de plek waar hij wil zijn. Al is het geen vetpot. “We vullen de gaten met hoernalistiek. Jaarverslagen schrijven enzo.”

“Wie van jullie wil zich specialiseren in economie?,” vraagt Jesse aan de studenten. Niemand steekt een hand op. “Dat dacht ik al,” zegt hij, “dat ik schrijf voor 10.000 blanke mannen van middelbare leeftijd.”

Filosofie

Gevraagd naar zijn journalistieke held noemt Jesse de naam van Ralph Nader. De Amerikaanse jurist die in de jaren 60 en 70 opkwam voor consumentenbelangen, en zich vier keer kandidaat stelde voor het presidentschap. Met zijn boek Unsafe at Any speed was hij de motor achter de productie van veiliger auto’s. Maar ook Glenn Greenwald, de man die met Edward Snowden de spionage activiteiten van de NSA aan het licht bracht, hoort tot zijn helden.

Verder is het vooral de filosofie geweest die Jesse tot zijn manier van journalistiek denken heeft aangezet. “Je moet zelf blijven nadenken en verstand van zaken hebben.  Journalisten schrijven vaak over dingen waar ze zelf weinig van weten. Dan kun je ook geen goede afwegingen maken.”

Van Noam Chomky leerde hij dat de meeste mensen er naast zitten als ze iets beweren. “Dat vind ik een goede manier van kijken die ik graag zelf toepas. Ik let steeds op mensen die iets voorspellen. Komt het uit wat ze zeggen? We hebben zoveel instituten in Nederland die tot taak hebben te voorspellen. Maar klopt het wat ze zeggen?”

Buiten de al aangehaalde verhalen is ook het verhaal Wat woningmarkt economen misten daar een goed voorbeeld van, evenals het daags na zijn optreden bij de SvJ verschenen stuk over de ijdelheid der economen.

Onderzoeksjournalistiek

“Onderzoeksjournalistiek is actief zoeken naar onrecht op plekken waar het stil is,” houdt Jesse de studenten voor. “Vaak is het zo dat journalisten als strontvliegen op een lijk afkomen. Kijk naar Vestia. De zaak is failliet en dan komen de verhalen. Maar je moet er natuurlijk eerder bij zijn. Dat het mis zou gaan had je ook al in de jaarverslagen van 2010 kunnen zien.”

“Als in een klein bericht staat dat iemand op persoonlijke redenen is opgestapt, dan zit daar waarschijnlijk een verhaal achter. Niet altijd natuurlijk. Onderzoeksjournalistiek is veel prikken. En af en toe prik je raak.”

“Ik ben altijd op zoek naar het verhaal. Als ik naar het station in Utrecht loop en zie wat er allemaal wordt gebouwd, vraag ik me af: ‘welke logica zit daar achter?’ Je neust wat rond en begrijpt al snel dat de huur daar drie keer zo hoog is als op de duurste plek elders. Dan ga je vermoeden dat de winst van NS vooral uit haar vastgoed komt. Daar zit wel een verhaal in.”

Een andere tip die Jesse de studenten meegeeft is dat je niet bang moet zijn om van je verhaal af te wijken. “Onderzoek brengt je vaak ergens anders dan dat je dacht heen te gaan. Zo kregen we voor het derivatenverhaal een vage tip als ‘je moet eens naar hun [een Brabants waterschap] jaarrekening kijken’. Dat doe je dan en dan zie je zie je allemaal transacties met de Deutsche Bank hebben. Dan blijkt dat het niet om dat ene waterschap gaat, maar dat het probleem veel groter is. Die bank blijkt dan bij vele waterschappen te hebben aangeklopt met ingewikkelde constructies die veel geld zouden opleveren.”

Opiniërende journalistiek

Dan is de vraag: hoe schrijf je je verhalen? “Ik ben voor meer opiniërende journalistiek.  We zijn nu zover dat je stront geen stront meer mag noemen. De een vindt dit, de ander dat. Dat is niet meer dan een objectiviteit van meningen. Aan dat soort schijnobjectiviteit hebben we niks. Waar het om gaat is een objectiviteit van feiten. Als je journalist zou zijn in de tijd van Galilei, en je ondervraagt hem en de paus over de plaats van de aarde in het heelal, dan ga je aan de kant van Galilei staan. Hij heeft gelijk. Dus kies je zijn kant.”

Als hij erom werd gevraagd, hoe zou hij dan zelf een opleiding journalistiek opzetten? wil iemand weten. “Ik zou zeggen, ga de loopgraven in. Kom bij ons stage lopen. In de praktijk leer je het. Ik had in het begin veel last van schaamte en plaatsvervangende schaamte. Ik vond het moeilijk om mensen te bellen. Maar als je het tien keer hebt gedaan, dan ben je van die schaamte af. Of je nu uitgescholden wordt of niet. Het maakt je niet meer uit.

Voor schrijven geldt hetzelfde: gewoon doen. In het begin is het niks. Maar hoe vaker je het doet, hoe beter je wordt.  Jaarrekeningen lezen, ook zoiets. Als je zoiets op school moet leren interesseert het je geen bal. Een school is contextloos. Maar als je er een verhaal in ziet, ga je door tot je het begrijpt.

 

Aanpassing 21 oktober: Jesse heeft wel zijn Havo-diploma

Screen shot 2013-10-21 at 11.58.00

 

 

 

Dit schreef Jesse zelf in zijn stuk voor de Volkskrant: Screen shot 2013-10-21 at 12.03.44

MEER OVER

Over Journalismlab

Onderzoek in de context van de digitale wereld

Het lectoraat Kwaliteitsjournalistiek in Digitale Transitie (JournalismLab) doet aan de hand van diverse thema’s praktijkgericht onderzoek. Hierbij kijken we naar de wederkerigheid tussen drie journalistieke processen: productie, inhoud en effect.

Deel dit artikel:

Lees meer

Thema's

Meld je aan voor onze nieuwsbrief

Wil je op de hoogte blijven van Journalismlab en alle ontwikkelingen schrijf je dan in voor onze nieuwsbrief.