Bij een nieuw curriculum hoort ook een nieuw afstuderen. Geen gemakkelijke eenheid om te ontwerpen, vanwege de vele verschillende eisen waar je rekening mee moet houden. Zeker als daarnaast ook nog eens een uitgangspunt is dat het ook een feestje mag worden voor de student. Daar blijkt een belangrijke rol te zijn weggelegd voor het journalistieke werkveld.
In november 2018 lag er de opdracht op de School voor Journalistiek in Utrecht om een proeve van bekwaamheid te ontwerpen, waarmee de student aantoont dat hij qua competenties op eindniveau zit. Er lag de wens om van dit semester iets te maken waar de student naar uitkijkt, waarin hij keuzemogelijkheden heeft, waarmee hij kan laten zien wat hij in huis heeft, zodat hij vol vertrouwen de overstap naar de beroepspraktijk kan maken. Tegelijkertijd moest het een semester worden van 30 EC dat haalbaar, betaalbaar en studeerbaar is.
Vanwege de uiteenlopende wensen én om er ook voor te zorgen dat we verschillende belanghebbenden konden betrekken, besloten met ontwerpsessies te gaan werken. Hierin wilden we zowel docenten, management, beroepenveld, lectoraat en natuurlijk studenten in co-creatie tot een mooi nieuw ontwerp laten komen.
Onder leiding van KAOS-pilot Joska Spruyt werkten we in wisselende teams in drie ontwerpsessies aan de hand van diverse creatieve technieken aan een innovatief, uitdagend en ontwikkelingsgericht afstudeersemester. Tussendoor was er telkens de terugkoppeling naar andere betrokkenen.
Tijdens de sessies bleek de bijdrage vanuit de studenten zeer waardevol. Wat vanuit hen heel sterk naar voren kwam, was dat zij pas echt enthousiast werden toen het idee ontstond om opdrachten te doen voor een echte opdrachtgever. Tijdens de opleiding komen zij immers al veelvuldig in aanraking met de beroepspraktijk. Hoe mooi zou het zijn om deze lijn door te trekken naar het afstuderen?
Opzet afstudeersemester
Uiteindelijk kwamen we uit op een ontwerp waarmee de eerste groep studenten komende februari start. Het semester bestaat uit twee delen van tien weken. De studenten starten met een persoonlijk ontwikkelplan. Wat wil hij of zij gaan doen, aan welke competenties moet hij nog werken om op eindniveau te komen, hoe gaat hij dit aanpakken?
In het eerste deel werken studenten onder begeleiding van een docent in een kleine redactie (leerteam) voor een bestaand medium. Ze kunnen daar verschillende typen opdrachten voor doen. Van diepgravende research en uiteenlopende producties, tot een innovatief concept ontwikkelen, een crossmediale strategie bedenken en uitwerken, een publieksanalyse uitvoeren en advies geven, etc. Kortom, activiteiten waar de redactie zelf niet aan toekomt of waarvoor de input van jonge, frisse bijna-afgestudeerden heel waardevol kan zijn. Daarnaast maken ze een opzet voor een praktijkgericht onderzoek naar een onderwerp over journalistiek.
Na acht weken levert de student een portfolio in. Op basis daarvan krijgt hij een ontwikkelassessment (formatief) waarmee hij feedback ophaalt om te kijken waar hij staat en waar hij nog aan moet werken in de tweede periode. Hiervoor past hij zin persoonlijk ontwikkelplan aan.
In de tweede periode doet student een individueel project (leerteams blijven voor ondersteuning) waarin hij zelf kiest waarin hij wil excelleren. Denk aan een documentaire, een (plan voor) een start-up, een ontwerp van een concept, een data-verhaal. Daarnaast voert hij in deze periode zijn onderzoek uit, waarvan hij een verslag maakt. Aan het eind maakt de student een portfolio van het hele semester met alles wat hij gemaakt heeft en waarin hij verantwoordt en reflecteert. Tot slot heeft hij een summatief assessment.
Bouwstenen van HILL
Opvallend was dat – onbewust – in het nieuwe ontwerp veel uit de bouwstenen van High Impact Learning that Lasts (HILL) is verwerkt. Leren dat ontstaat vanuit een urgentie (het ‘probleem’ van de opdrachtgever), zelfmanagement (studenten bepalen hoe ze aan hun competenties werken, waar ze straks mee gaan aantonen dat ze startbekwame journalisten zijn), samenwerking en coaching (steun van de eigen redactie/leerteam met coaching van de docent), hybride leren (zowel op school, in de praktijk, zelfstandig en online), actie en kennisdeling (werken in teams in real life situaties), flexibiliteit en informeel leren (studenten werken binnen en buiten de coachingsuren in teams, bij de redactie), assessment for learning (veel ruimte voor tussentijdse feedback).
Assessmenttraining
Om te zorgen dat we straks niet alleen een mooi ontworpen semester hebben, maar dat het docententeam er ook klaar voor is, wordt iedere betrokken docent nu getraind om assessments af te nemen. Aan de hand van een online leeromgeving van de Hogeschool van Amsterdam, ondersteund door een trainer vanuit de Hogeschool Utrecht, krijgt iedereen nu de juiste bagage om op een gestructureerde manier assessments af te nemen. Want dat is toch net wat anders dan vragen stellen in een eindgesprek.
De ervaring leert dat zeker de eerste paar rondes er nog kinderziektes zitten in nieuw ontworpen onderwijseenheden. Toch hebben we er inmiddels zoveel ervaring mee opgedaan, dat we een aantal zaken ook zeker voor zullen zijn. Hoe dan ook wordt het een spannend half jaar dat hopelijk toch ook wel echt een feestje is.