Twaalf onderzoekers en vijf professoren vanuit de hele wereld kwamen samen tijdens de tweedaagse Summer school on comparative qualitative research aan RISJ (Reuters Institute for the Study of Journalism) in Oxford, om zich te verdiepen in vergelijkend kwalitatief onderzoek naar journalistiek en te bespreken waar de discipline journalism studies naartoe gaat.
Vergelijkend kwalitatief onderzoek
Journalistiek is een uitgelezen gebied om internationaal vergelijkend onderzoek te doen: het bestaat overal. In verschillende vormen, dat wel. Vaak wordt het framework van mediasystemen (Halinn & Mancini, 2004) gebruikt bij dit soort onderzoek, waar het type mediasysteem samenhangt met politieke structuren van het land.
Waarom vergelijkend onderzoek?
Er zijn verschillende redenen om vergelijkend onderzoek te doen, te beginnen met ‘controleren’. Het is een methode om vindingen te controleren. Verder is het ook een manier om vindingen te begrijpen, uit te leggen en te interpreteren (Sartori, 1991). Maar te vaak gebeurt vergelijkend onderzoek op een verkeerde manier.
De belangrijkste kritiek op internationaal vergelijkend onderzoek (met name op de mediasystemen) tijdens de Summer School was drieledig.
1. Hoe creëer je een taal die door journalisten uit verschillende landen wordt begrepen? Neem bijvoorbeeld het begrip ‘journalistieke professionaliteit’; hieronder wordt niet in ieder land hetzelfde verstaan. Welke vragen stel je dan, zodat je in ieder land hetzelfde antwoord soort krijgt?
2. Naties veranderen van politieksysteem en dus ook van mediasysteem. Door te spreken van ‘overgangsstaten’, wat vaak gebeurt, wordt verondersteld dat het ene soort systeem beter is dan het ander en dat er een ideaal ‘eindpunt’ is. Maar het staat niet per se in verhouding; soms is iets gewoon. En niet beter, slechter, meer gevorderd etc. Hoe voorkom je deze verdeling?
3. Sommige, met name nieuwe, verschijnselen in de journalistiek, zijn grensoverschrijdend. Grenzen tussen landen verdwijnen, terwijl in sommige gevallen de verschillen binnen landen juist groter worden. Zo ontstaan er verschillende mediasystemen binnen één natie (legacy-media, start-ups, publiek omroepen). Met name op het gebied van technologie vervagen grenzen. Digitale journalistiek krijgt te maken met nieuwe vormen van surveillance, big-data en beveiliging, denk bijvoorbeeld aan de praktijken van Panama Papers, die grensoverschrijdend zijn. Maar ook journalistieke innovatie is voorbeeld van een grensoverschrijdend verschijnsel (zoals het gebruik van nieuwe technieken zoals VR). Binnen landen kunnen hier grotere verschillen inzitten dan tussen landen. Wanneer je hier internationaal onderzoek naar doet, welk framework kies je dan?
Twee opvallende verschijningen
Voor de summer school zijn onderzoekers uitgenodigd op basis van het abstract van hun onderzoek. De onderwerpen liepen erg uiteen, van hoe journalisten in Mexico zich organiseren tegen geweld en rolpercepties van journalisten en het publiek in Zuid-Afrika, tot gamification van de journalistiek en immersive journalism, en van alles daartussenin. Opvallend was dat twee fenomenen vaak terugkeerden in de onderzoeken, benadrukt door Rasmus Kleis Nielsen, voorman van de summer school en directeur van RISJ.
De eerste is dat journalisten zich op verschillende manieren organiseren tegen bepaalde bedreigingen van de journalistiek om hun vak te kunnen blijven beoefenen. Of dit nu gaat om fact-checking bureaus of andere initiatieven tegen fake news, of organisaties tegen het geweld tegen journalisten. Maar ook innovatie is hier een vorm van: journalisten zoeken nieuwe manieren om het publiek te betrekken, zoals gamification en immersive journalism.
Hierbij hoort ook de tweede opvallende journalistieke verschijnsel, waar keuzes van tech-bedrijven invloed hebben op journalistieke praktijken. Zo worden platformen als Google en Facebook en nieuwe technieken steeds bepalender voor de presentatie van nieuws, maar ook big-data, surveillance en privacy hebben invloed op journalistieke praktijken.
Journalism studies
De conclusie van de summer school: waar gaat het heen met journalism studies? Ook samengevat door Kleis Nielsen. Journalism studies is een relatief nieuwe disciplines vergeleken met de titanen zoals geschiedenis, sociologie, politicologie en antropologie. Ooit was het een onderdeel van de communicatiewetenschappen, maar is haar eigen koers gaan varen.
Je kunt drie verschillende groepen onderscheiden van onderzoekers die onderzoek doen naar journalistiek: onderzoekers uit andere disciplines die onderzoek doen naar journalistiek, (oud)journalisten die onderzoek doen naar journalistiek en de kleine, maar misschien wel meest belangrijke, groep onderzoekers die zichzelf journalism researcher noemt.
Deze laatste groep moet ervoor zorgen dat journalism studies als discipline zich op de kaart blijft zetten, met het ontwikkelen van theorie en empirisch onderzoek. Met name in turbulente tijden is het belangrijk dat er een eigen discipline bestaat die voorloper is, kennis heeft en deze kennis kan delen met de journalistieke praktijk en journalistieke opleidingen.